Het mooiste uitzicht is toch wel een weiland met een laagje
nevel erover, zo eentje als wij passeerden toen
onze mamma dood was, in een heel vroege ochtend, de grens
van winter naar lente, stad naar dorp. Daar
aan te denken als we plaats moeten nemen in een witte kamer,
grenzend aan andere witte kamers en andere mensen.
Een heel jonge jongen komt ons halen alsof we een familielid
zijn, doorloopt allerlei tests, ademt in ons gezicht
waarbij we koffie ruiken en iets zoets en plaatst ons in weer
een andere kamer waar een schilderij hangt
van iets lichtblauws, een rechte weg of sloot met vage planten
ernaast, waaruit we een beest verwachten of opeens
een geluid. Het ons is maar alleen. Buiten ruikt het dan eindelijk
naar zon en hangen de jassen los. Daar aan te denken.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x