Het fragment komt uit een film. Een zwartwit geblokte vrouw
beweert stellig iets, haalt uit in volume, bezweert

een gebeurtenis, armen in de lucht. Tegenover haar wordt
gezwegen. Jaren later is ze pas te verstaan.

Ze wordt stopgezet, uitvergroot, korrelig, staat stil en rolt dan
versneld verder, komt op straat terecht en tussen

de muziek. Aan haar lijf zie je dat ze verder wil maar ze wacht
op instructies, een wenkende hand, liever nog

een grijpende hand, passen afgestemd op elkaar. Ze raakt zoek
in een menigte, een meisje trekt haar jas uit en

danst op de brug, een man legt zijn hoed op straat. De film zelf
is weer een fragment, iets uit een zondag, een stad,

een leven, een relatie, een samenloop van omstandigheden, een
scherf in het zonlicht, een omgekeerde stoel in het water.