Sommige dingen zijn te groot voor één keer. Als kauwgum
dat je per ongeluk doorslikt of heel veel lucht.

Dat vervolgens langzaam naar beneden zakken, willen springen
om het weg te krijgen. Jezelf gulzigheid verwijten.

Vergeten in het openbaar te kauwen. Iets ophoesten dat nu
via een andere weg je verlaat. Een afspraak die

te moeilijk is, hem horen praten over dood, een weg oversteken
aan een heel ruim kruispunt, de zee zien en

nergens het einde, iets horen ruisen maar niets zien. In bed
blijven liggen terwijl je niet zult slapen.

Plotseling de ochtend donker vinden, jezelf in de ruit weerspiegeld,
kou voelen, een broek te strak, nerveus zijn,

vluchten, pogingen doen te ontsnappen, hem niet horen praten,
nooit meer kauwgum kopen of eindelijk een bel maken.