Dit keer stellen we uit omdat we weten wat we zullen aantreffen.
Flarden uit mails herinneren we ons, afgezegde

data, het herhalen van onze naam en bedoelingen, teleurstelling,
verkeerde spelling en onbekende locaties.

Meestal stellen we uit omdat we eerst onderzoek moeten doen,
in onze ijver de grenzen verkennen, nog iets aardigs

tegenkomen en vervolgens een wasje draaien, de kat voeren en
controleren of het dak lekt. Nu willen we weg,

ontsnappen aan de herhaling, via de regenpijp desnoods en toch
doen we het werk, gebogen over een aanklacht

onderzoeken we de details. Dat levert zelfs een dansje op om tafel,
een roffel op het blad, een glaasje wijn en toch weten we

dat we de volgende morgen een conclusie trekken die onverwacht
voor verwarring zal zorgen. De regenpijp houdt ons niet.