Helpt het als je opstaat met mij? Niet langgerekt en nog
geeuwend, niet uit een warme kuil en met ergens

nog een arm die achterblijft maar hier aan het kille scherm
waaraan je vingers kleven en knetteren,

hier tussen het zwart wit van mijn waarheid en subjectieve
waarneming. Je bent het gewend, het zijn maar

zeven keer twee regels, je telt mee, je lippen bewegen, je
geluid is hoorbaar. Met de ene hand

omklem je de mok met koffie, met de ander laat je de tekst
voorzichtig vrij. Om je heen is het nog donker,

zwart bijna. En je ziet me zoals ik jou zie. Weerspiegeld in
de ruit, een beetje koud, een grote bril

halverwege, het overhemd bij de bovenste knoop los. Blote
voeten die zachtjes meetikken. Weer een dag.

 

voor de schrijver J.A.