Juist dat te beschrijven wat je zelf niet ambieert, aan de
zijlijn zelfs met wat minachting toekijken, een

heel ander leven leiden dan je onderwerpen, dat is wat hij
doet, zegt hij. Een beetje verlegen ook.

Dus naar boven klimmen met bossen rozen en dromen over
grote liefdes, een gedicht in een fles in zee werpen

en hopen dat er toevallig een bevallige en jonge zeemeermin
zwemt die leest en antwoordt, praten over

kunst en waarde en daarbij naar de grond kijkend, wangen
die steeds warmer worden. Dat is een beetje wat

hij doet. Schrijvend ben ik tien keer sneller, klimmend ook,
zwemmen kan ik niet. Toekijken wel. Het liefst van

een afstandje, het liefst via de vloer, het liefst met een weinig
dedain en dan niet met uitleg en mijn neus in de bloemen.