Omdat ik me hem herinner, het volle lijf tegen mijn
altijd koude billen, zijn stem in mijn hals, zijn
gebedel als ochtendgroet, omdat ik me hem herinner
droom ik over hem maar het is geen lief
gebeuren, het is waanzin en boosheid en achtervolging
en een huis vol waarin zelfs mijn grote zoon
zich verschuilt onder een traptrede en een vinger legt
tegen zijn lippen, zijn mooie krullen nat van
het zweet. Al die liefde, al dat verlangen, dat drukken
tegen mijn kilte, steeds steviger, steeds harder, steeds
bozer, nu gooit hij met baby’s en schalen vol eten en
tassen vol aantekeningen en hij rent, hij rent
en omdat ik van hem hield, omdat ik me hem herinner,
volg ik hem, drieëndertig traptreden in de nacht.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x