We geloven de lente pas veel later. Als alle knoppen barsten en
de bloesem valt, als de passagiers voor ons de
jassen op schoot leggen, als het te mollige meisje weer ontroerend
haar rokje hoog draagt, als er halve sokjes in gympies
steken, als de jongen tegenover ons zijn benen intrekt zodat wij de
onze kunnen uitstrekken, verontschuldigend,
zijn lachje zo innemend en hij daarna weer in slaap valt met van
die lange wimpers over hertenogen, als er een
ijsje al drupt in het gangpad. Als er vlekken komen op straat van
de opeens zo hevige zon, de toeristen uitzwermen,
claxons tegen elkaar op strijden, een fietser op het wegdek ligt
in korte broek en weinig bloed, wij allemaal ons
hoofd draaien en dan de meeuwen zien die even roerloos in de
blauwe lucht hangen. Dan pas, misschien.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x