De zoon van mevrouw K. is al een paar weken jarig. Dat komt
omdat hij niet bij zijn moeder langs is geweest om het

te vieren en dat kwam omdat zij hier nog niet woonde, ze is pas
gisteren, vertelt ze geheimzinnig, opgehaald om

hier te eten en een nachtje te logeren. Ze zijn elkaar dus een beetje
kwijtgeraakt. Sindsdien is ze onrustig, ik begrijp het,

zeg ik. Zeker drie keer in de week kom ik toevallig langs het huis
van de zoon van mevrouw K. Een grote poster op

het raam waarschuwt voor het einde der tijden als we niet NU tot
inzicht komen, een poes heeft zich onder de

dreiging gevleid, de planten zijn al dood. Soms zou ik willen
aanbellen en vragen hoe zijn moeder vroeger was,

hem feliciteren, de poes aaien, aanbieden de plantjes water te
geven maar ik neem dapper de andere bocht.