Het is net als met de garage vroeger langs het huis of de
oprijlaan er naar toe of de enorme tuin erachter

en dan het verhaal dat de ronde deed, dat de legerkist van
mijn opa die naast de auto stond een schatkist

zou zijn of dat er een lijk zou liggen daar of iets anders
ongepast en mysterieus, jaloezie bijna

op de geslotenheid van dat perceel waar bijna alle kinderen
wel eens speelden zonder achter de waarheid te

komen en nu nog zich afvragen wat dat was. Zo sta ik daar
rustig en zelfverzekerd en maak grapjes over

nu en niemand die precies weet waarom of hoe of wat er
echt in dat hoofd omgaat dat eerst nog tolt en

vervolgens langzaam wegrolt. De kist groen, het uniform
schimmelig, gaten in de broek, het wapen zoek.