Zo af en toe komt er een kaartje uit S. Lezende vrouwen zijn
populair, schrijvende zoveel minder. Ze buigen

zich en houden de vinger aan de pagina, ze dragen paars veelal
of dat donkere rood van fluweel, soms buigt

een hoedje mee, een hele jas, ze kijken je zelden aan. Ze zitten
in het gras of op een kleedje, ze passen in een

rijk interieur, een open venster maar zelden aan een keukentafel
en ze denken ondertussen heel veel na. Dat voel je, dat

zie je natuurlijk niet. Ik had graag een lezende man gehad die
opkijkend van zijn lectuur naar me knipoogde maar

de afzender weet nog steeds niet hoe dat moet. Leer je het een
kind dan houden ze beide ogen dicht. Ik had ook graag

een hartje gehad op het puntje in mijn naam of die zachte stof
waartegen hij dan verkeerd opstreek zodat ik kippenvel kreeg.