Soms is de oplossing simpel. Een doekje voor de bril,
een kabeltje aan het apparaat, een nieuw bericht

uit de bewoonde wereld, een streepje licht aan de horizon,
een straat stil, een beest afwezig. Vaak ook

weten we dan pas hoelang we al met het euvel stoeien,
hoeveel jaren het lampje knipperde, hoe

beslagen het glas, hoe defect de aansluiting en hoeveel
verkeer rond deze uitkijktoren, om over de

beesten nog maar niet te praten. Altijd blijkt dat we prima
bestand zijn tegen ongemak en onkunde, de

dingen te donker maken, de hulpvraag te hopeloos en over
het algemeen gebruiksonvriendelijk zijn maar wel

een beetje charmant, tot tien tellen nooit helpt en de rest
genetisch overdrachtelijk tot stand is gekomen.