Het is steeds meer een solitair gebeuren, zegt hij. Vertel mij
wat. Of hoe hij mij op beeld heeft en dat

genoeg is. Moet zijn. En gelukkig ook maar. Je wilt toch niet
afhankelijk zijn van. In deze tijd. Mijn hand

ligt op de verwarming maar voelt geen warmte, mijn hoofd
draait zich naar buiten. Een mevrouw probeert

de riem van haar hond uit de war te halen. Het enige, zegt hij
vervolgens, is dat gemis aan intimiteit.

Nee ik zeg niet weer dat ik dat ook zo voel. Voordat je het weet
krijg je de opmerking dat iedereen dat tegenwoordig

mist. Het vreselijke woord ‘huidhonger’ waar we dan heel hard
om moeten lachen. Het hondje rent maar durft

niet te blaffen. Zijn mobiel trilt. Nog één kopje, zegt hij, en dan
ga ik er weer vandoor. Natuurlijk, zeg ik.