Veel voorkomend is het tevergeefs bellen van iemand, de
vingers stijf, de nummers verward, omstanders

ongeduldig, de noodzaak enorm. Bijna nooit komt een verbinding
meteen tot stand, wordt er op tijd gewaarschuwd,

is redding nabij kortom of vindt men iemand terug die terstond
in het verhaal past. Als altijd zijn aanmoedigingen

vergeefs en het zich herinneren ziekmakend en blijven we op
de plek des onheils te lang staan. Hoewel de

apparatuur modern is, voelen we ons omsingeld door kabels
en in elkaar krullende lijnen, onze vader en meestal

het jongste kind dat niet dreinend maar toch met heel grote
ogen het onbegrip duidt en zelden stijgen we

op het juiste moment op om te ontkomen aan al deze verplichtingen
met in onze armen de meest dierbaren, nu juichend.