Daar waar mijn vinger eerst door een gaatje de deur naar voren
moest opentrekken, zit nu een rond houten knopje,

het miniatuur wagenpark is uitgebreid, de muis heeft jongen
geworpen en het doortreksysteem van het toilet,

iets dat ik nooit helemaal begrepen heb, is geautomatiseerd. Het
aantal boeken, de voorraad brandhout, spinnenwebben en

treintjes is toegenomen en een vliegtuigje zweeft nu midden in
de ruimte boven je hoofd. Het enige dat afnam is

de liefde blijkbaar. Voedsel is sowieso schaarser, het zijn slechte
tijden en het wachten is op de kerstuitverkoop,

het ijs op het water, het lijk uit de kast, de ster in de wolken en
een vers spoor van daar tot aan mijn deur, afval dat

uit de plastic zakken is getrokken als broodkruimels in het oude
sprookje, de route al bekend maar bijna verdwenen.