Een verjaardag, tweede kerstdag en een nieuwjaarsmorgen,
ze lijken allemaal op elke maandag uit mijn jeugd

waarop ik opnieuw begon, plechtig noteerde in mijn schrift
wat ik at en wanneer, wie ik ontmoette en waar,

en vooral wat ik niet deed met die lichte trilling in mijn buik,
die gretigheid waarmee ik iets nieuws verwachtte,

maar alles bij het oude bleef. Zeker als je die dagen alleen
doorbrengt, schrikt van de deurbel, weet dat er iets

staat te gebeuren maar nog ongewis bent van hetgeen wat.
Een man brengt een bos bloemen met een

kaartje eraan, in een doos zit veel houtwol maar dan een
overlevingspakket, een brief is een herinnering

aan jezelf. De verpakkingen bewaar ik, strijk ik glad, iets
zou anders worden maar wat of wie?