De allerkleinste heeft zo zijn eigen technieken. Hij is niet
moe, gaat niet slapen, zegt hij, het is niet warm en

hij hoeft geen verhaaltje. Ook mijn liedje, weliswaar bekend
en al tien keer aangevuld met zijn versie, is

afgekeurd, hij weet iets over rainbows, dat heeft hij liever.
Terwijl hij opeens wel zijn ogen dichthoudt zingt

hij ‘somewhere over’ die rainbow terwijl hij mijn handen
vast grijpt, zijn been in mijn nek, zijn haartjes nat

van het zweet, de knuffels op de grond gegooid, zo moet
het, zegt hij. Zo zou ik elke avond kunnen slapen.

We hebben zo onze eigen issues. De volgende morgen is
het samen spelen, samen delen, dat heeft hij van

zijn juf geleerd. Hij vult het rijtje aan met ‘samen zingen’
en kijkt me stralend aan terwijl hij the blue birds zoekt.