Stel je je kinderen voor op wereldreis, de een heeft zijn mobiel in
zijn broekzak, de ander draagt hem op zijn hart en
mij natuurlijk beiden. Er is een onbegaanbaar oerwoud, er is niet
altijd bereik, ze leven op bladeren en gedroogd voer,
plukken paddenstoelen en denken aan lunches aan het thuisfront,
altijd te overdadig en met teveel. Een briefje
verkreukelt zich in de rugzak, misschien loopt er een lijn van de
een naar de ander, de oudste voorop. De jongste
poetst zijn bril maar ziet eigenlijk weinig. Het is duidelijk dat ik
geen kaartje krijg. Van alle maanden die er voorbij
zijn, teken ik een symbool op de muren en als ze eindelijk in mijn
armen vallen, controleer ik alle benen, handen, armen,
ogen, wangen, neuzen, oren, mijn vingers door hun haren. Dat ik
ze levend droom en heel dichtbij, elke dag.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x