Now I wish I could write you a melody so plain, That could hold you dear lady from going insane (Bob Dylan, Tombstone Blues)

richting

Alsof we op vakantie gaan en het uur van vertrek
het moment is dat het ijs van de voorruit smelt,
drupt langs de prachtige vormen, zich

mengt met het lichte blauw van de Amazon en
daarna met het groen van het opnieuw tevoorschijn
gekomen bed van mos. Daar

sliepen wij. Daar plukten wij de eerste bloemen.
Alsof we op onze knieën voor het raam de chauffeur
afwachten die ons bij de hand zal nemen,

we mogen voorin. Hij laat het gaspedaal los als we
bovenop de heuvel zijn en draait het sleuteltje om.
Hij zucht van geluk zoals de auto

glijdt en suist. Wij houden ons vast. Alsof de reis
alleen wordt onderbroken voor wat warme koffie
en zelfgebakken brood op de geruite

deken achterin. We kennen geen echte angst nog.
We mogen sorbets met veel kleur en slagroom, alleen
niet gierend slurpen als we bij de bodem zijn.

(we kijken niet echt uit naar onze verhuizing)

 

« »