Tegenover mij zegt zij, ik dacht dat we er waren, dat we het
pleit beslecht hadden, maar het is voor niets
geweest, we moeten weer opnieuw beginnen, en tranen staan
in haar ogen, en zo is het, de oeverloze discussies
moeten opnieuw gevoerd worden, onze eisen opnieuw gesteld.
Naast ons zit een man die tegen zijn dochtertje zegt
dat suikerspinnen nu in een bakje zitten, dan knoeit het niet zo,
en buiten warmt de oliebollenkraam het vet op,
het waait rond de kerk. We eten een heel duur taartje waartussen
het vaasje met plastic bloemen iel wegvalt
en ik zou haar hand moeten pakken maar doe niet en heel lang
hangt er stilte alsof we hierna luidkeels gaan krijsen
en op trommels slaan maar we doen niet, zij schildert de zeven
hoofdzonden en ik stop een rood tasje in een gedicht.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x