Vroeger, zegt hij, was een monnik uit Tibet mijn romantisch
voorbeeld, ik wilde geloven en verlicht worden,

en als ik jou lees ervaar ik datzelfde, het overgaan van wat we
belangrijk moeten vinden en

tegelijkertijd de bevrijding dat niet meer te hoeven. Zelden
bereiken we – op afstand – dat lichte, die

zwevende staat van zijn. Meestal zijn onze gesprekken zwaar,
houden ons aan de grond, herhalen zich

eindeloos, maken we grapjes over heel andere voorbeelden,
constateren we cynisch dat we iets, maar wat

ook alweer, van elkaar geleerd hebben. Ik zie hem vliegen,
een jongetje nog, armen wijd uit elkaar,

verlang naar de landing, de zachte plof maar vooral dat blijven,
daar zo ergens boven mij.