Hij deed de narcissen in een vaasje, de gekookte eieren
op een bord en fotografeerde zijn paastafel om

te delen met zijn vrienden en ging toen liggen op de bank,
het pluche versleten, drie kwastjes van de kussens

stuk gekauwd door de kat, en viel in slaap. Even wakker
zag hij het groen van de servetten, draaide zich

om en droomde verder. Drie dagen later tikte de buurvrouw
tegen de ruit, zag de tafel, ging

weer naar huis om de zevende dag pas iets op de bank te
ontwaren, de reserve sleutel te halen en te voelen

hoe koud hij was. De poes was inmiddels vier straten verder
aan het logeren, de vrienden sowieso nooit thuis

en foto’s van een vrolijk maal wedijverden met elkaar
zonder die van hem te missen.