De grapjes zijn net iets teveel van het goede. Zoals bij een
verjaardag iets te veel naar het manlijk bezoek te

leunen of erger nog, aan te raken. Iets te nadrukkelijk de eigen
aanwezigheid te verklaren of toch, ondanks het

verbod, iets uit te leggen. Haar eigen verbod. Nu vragen ze het
toch, waar schrijf je over, en zegt zij het toch, het

leven, en dan die glazige blik bij de een en het besmuikt lachje
bij de ander. Jaja, dat kennen ze. Vervolgens

gaan ze verder over hoe nodig het gras gemaaid moet worden,
hoe de messen geslepen moeten en geolied, hoe

keurig ze eigenlijk zijn, die anderen, hoe systematisch en net
en hoe zij een wilde tuin wil met halmen die op de

wind reageren, waar dieren zich in verschuilen, kleine dan, en
de voetbal in verborgen ligt, en net niet in haar systeem

zit.