Onder de kast vinden we het portier van de rode sportwagen,
omhuld door een huis van stof en gruis, blaadjes
van een reeds gestorven plant, nog iets dat zwart en klein krioelt,
een kruimel vergeten. We schuiven zo het vertrek door,
soppen de vloer met groene zeep, denken aan vroeger, mijn
moeders Arbeidsvitaminen en het storende gevoel
niet langer meer in mijn eigen kamer te wonen daar ze alles bij
terugplaatsing een centimeter verschoof. Het
is helemaal niet iets waaraan we willen denken, we willen slechts
die geur, ruimte heroveren, inzicht, iets nieuws.
Verf willen we en dingen weggooien, touw uitrafelen en een
boom plaatsen in huis, een bed op de grond
en doen alsof het net zo groot is als in onze jeugd: deze boomhut
een huis op stand met rondom immense tuinen.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x