Er is nog een mevrouw aan het voorlezen, zelfde huis, ander
groepje. Alleen mevrouw J. stapt over, mijn stem

te zacht. Andere middag, gewoon ergens aan het einde van een
gang. Mevrouw X. zegt dat ik het me niet moet

aantrekken, ook niet dat sommigen klagen zodra ze buiten mijn
gezichtsveld zijn, dat ik toch mijn best doe maar zomaar

voelt het als falen, wil ik gaan schreeuwen teneinde bereikbaar
te zijn en ook gewoon op de gang gaan zitten.

Mevrouw S. eet nog een gebakje dus heeft geen tijd vandaag,
mevrouw E. ligt onverwachts in een ander huis,

het is mevrouw X. met het hart op haar tong, zoals ze zegt, die
samen met de heer E., gisteren nog jarig, naast me zit

en vreselijk geniet van Kronkels uit het jaar nul. De kracht, zegt
ze, ligt in de herhaling maar van wat?