Soms moet een mens afstand doen van dingen: ik had
een man, nu niet meer. Ik had koperen
deurkrukken met een krul, nu rechte metalen hengsels,
bovendien aan hardboarddeuren in plaats van
zachtgele paneelgevallen. Ik had geld, nu een potje voor
onverwachte dingen. Ik had moed, nu
een lichte giechel, al beweert mevrouw R. dat eerste in
overvloed, licht jaloersmakend. Ik had
kinderen thuis die van de trap af rolden, een voor een
terwijl ik nu moet uitkijken op hun treden.
Ik had water voor de deur en hang nu in de lucht met een
wiegende boomhut maar in alle gevallen
en door alle jaren heen had ik in ieder geval iets wat leek
op een schrijver, geen woord tekort.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x