De man die me nog steeds niet leest omdat een en ander
niet rijmt met zijn leven, is naarstig op zoek

naar overeenkomst en doel, zingeving en vermaak, extra
koffie en een nieuwe vraag. Soms zit hij

daar alleen omdat het maandag is, het lijkt een soort start
dat anders alleen met een pistoolschot begint

maar het beter doet met drie Mariakaakjes en een scheutje
koud water, zonder te blazen de eerste slok.

Hoe zat het nu met thema’s, zegt hij dit keer, daar deed ik
toch niet aan en waarom heet dat gedicht dan

een typisch pandemiegeval, waren er werkelijk zestig man
op de been op het voetbalveld hierachter en had

ik op het doel gestaan en wat was dat voor elitair gedrag te
beschrijven en niet mee te doen? Hij kraakt een koekje.