Licht en warmte lossen druppelsgewijs op, vlekken eerst die
langgerekt tussen twee objecten hangen, zich

door kieren wurmen en dan de grond raken of voordat ze dat
doen gewoon verdwijnen. Olieachtige raadsels,

taai en elastisch waarin je vingers blijven steken, zoekraken
als in een eng verhaal zoals je

open mond stil blijft maar steeds wijder gaat en happend de
wereld in een keer doorslikt. De rest van

je volgt. De druk eerst op je zwetend lijf, zich kerend van de
plakkerige lakens, schuilend dan onder

zwarte kasten, tafelpoten die dikker worden, vogel tegen het
raam, lege baden buiten, tot ergens iemand

de dekens optrekt, wapperend tot boven je een nieuw vacuüm
ontstaat waarin je kunt opstaan en verder loopt.