Soms doe ik alsof ik bij hem ben, de enige lezer in de ochtend.
Of ik hem hoor terwijl hij scharrelt in zijn vertrekken,
uitstelt wat hij echt zou moeten doen, vergeet waar hij mee bezig
is en zo de tijd neemt, de lange tijd, gaat
zitten en weer opstaat tot de koffie geurt en het ei kookt en de
gordijnen omhoog zijn. Alsof hij tijdens dat alles
nog steeds verwacht dat ik komen zal. Als dan de omgeving net
zo warm is als mijn kuil in het dekbed, de
handen op mijn buik, zet ik aarzelend de benen op zijn vloeren,
zeg iets, laat mijn adem ontsnappen uit
de vele ronde ramen alsof ik al die tijd haar inhield, de stilte, de
liefde. Dan de koffie drink, het ei pel, de lucht
raadpleeg buiten, de kerktoren, de route, de afstand tot en reeds
met de jas klaar zit om thuis te komen.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x