Ze had zich wel eens over het graf gegooid van de man die zij
het meest miste, ze zei het terwijl ze in haar gebakje

prikte en op zoek leek naar nog een verborgen kers of hoe het
allemaal tegelijk in haar mond zou passen, en

beweerde geen voorkeur te hebben voor deze smaak. Ik dacht
aan kruisjes slaan en misschien op één knie

bekennen hoe vaak ik hem vergeten was, de regen van de steen
afvegen en de bloemen recht en kijken dan

welk graf vers was en welke teksten anderen droegen en het
gehuil horen misschien tijdens de plechtigheid.

Ze had nog een hapje genomen en schoof toen het schoteltje
opzij. Ik neigde tot het fatsoeneren van het

hoopje zoet maar ze legde haar hand over de mijne en noemde
de zeven stadia van rouw of waren het er negen?