Laat ze maar even wachten. Het donker nog in alle kieren, de kou
nog in alle botten, regen nog niet uit de jassen. Ze
dromen nog, hopen ze. Mijn vader zag ik heel duidelijk in zijn
geruite winterjas als een Olivier Bommel voor zijn
kasteel, turend naar de vijver waaruit een geheimzinnige bubbel
kwam, handen in de zakken, het haar verward.
Mijn moeder droeg een rode avondjurk en een decolleté waaruit
nu eens geen zakdoekje prijkte maar een flonkerend
sieraad. Ik weet niet of ze naast elkaar stonden, zij wat kouwelijk
en hij zo comfortabel in zijn warme jas, er was geen
straat, geen weiland, geen kerktoren, ik leek ze vast te hebben
geplakt als zo’n plastic figuurtje dat je van de
autoruit kon trekken en een andere plaats kon geven. Sommigen
scheurden in twee, anderen rekten zich nog eens uit.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x