De weg naar twee bekende plekken is soms langer dan die
naar nieuwe plaatsen, je vermijdt een

loslopende hond, een man met een raspend hoestje, een vrouw
bij wie de blote voet over de zool van een sandaal

puilt, je telt af bij de vierde lantaarnpaal die opeens verplaatst
is terwijl op het briefje in je hand de nieuwe plaatsen

als sterretjes met je eigen stippellijn verbonden worden, het
is eigenlijk slechts één grote stap.

Zo is het ook met nieuwe ervaringen, kleine avonturen die
veel minder moeilijk lijken. Er is een knipperlicht,

drie witte bollen aan je hemel, een nasale stem die op een
bandje staat dat steeds maar weer draait,

een zacht ruisen als van een zee die aan de horizon ligt en
een liefje met wijde armen dat zomaar dichtbij staat.