Halverwege de nacht komt een giechel, een oplossing, de
rust. Was het eerst pas in de ochtend, deze
onmogelijke vrede, nu verschijnt ze al halverwege de nacht,
het zwart nog overal. De droom in flarden
gescheurd, het dekbed afgeworpen, het besef opeens dat er
niets anders is dan dit en dat het goed is.
Een beetje zoals hij van grote hoogte zag dat het goed was.
Alsof het liefje daar nog lag of de kinderen een, twee,
drie, de maan elke nacht vol of die ene ster die de weg wijst.
Wie zal er langskomen met mirre, goud en
wierook? Woorden van daarvoor blijven hangen, komen
steeds weer in gedachten. De lach zit vast aan
de dichter die ik aan mijn tafel nodigde maar zich eerst nog
moest verkleden en maar tot de tafelrand reikt.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x