Even verdenk ik mevrouw R. ervan mevrouw S. moedwillig te
saboteren, lief lachend dat wel en wellicht als grapje

maar feit is dat na het voorlezen maandag van voor haar aller-
aardigste heel lange woorden, waarbij we beurtelings

riepen ‘zestig punten’ en ‘scrabblekampioenwaardig’ en zij
ervan door ging met een geheimzinnige boodschappentas

vol, waar was hier überhaupt de winkel, blijft de letter g hangen
op mijn toetsenbord, vervolgens de f en daarna,

toegegeven na wat onderstebovengekeer en stoken met een oude
tandenborstel die misschien eerst nog wel in een sopje

gezwommen heeft, wat streepjes, het delete gebeuren en een
algehele voortzetting van een geheel zodat we

een worp overwegen van het nabije balkon, inclusief zekere
personen, en een goede afloop vooralsnog onmogelijk lijkt.