Van jou geleerd, zegt hij vaak. Ik herinner me geen lesgeven,
geen voorbeeld, geen aanwijsstok of priemende

vinger, geen overhoring of opgave, geen rode pen hoewel ik
graag kruizen trek op bobbelig papier, geen

uit elkaar vallende schooltas, geen schoolbel, hoge stoep en
bukkend op het plein over elkaar springen en

sowieso, wat herinner je je nu van al die rijtjes die je hardop
stampte op de maat van je overstekende voeten,

welk jaartal bij welke gebeurtenis hoorde, waarom de vlag uit
hing of waarom je zondagse jurk alvast klaar lag,

nee dan het schuim om de lippen van de razende leraar, je tong
met het puntje uit de mond, je keurig rechtop en

niet schuifelende houding, je galmende naam en jouw luisteren
naar al die vreemde klanken terwijl je sliep.