In de bovenste kamer staat het laatste schilderij op de ezel, hij
duwt me licht omhoog zodat ik tot daar
reik en de kleuren zie en de materialen ruik en de doeken, zijn
kruk, het doosje waarin zijn moeder zijn eerste
lok haar bewaarde en de foto’s van hem als kind, een model
uitgestrekt op tafel, een gedroogde bloem
en een flard van een overhemd. Als op de laatste trede van een
toren zal mijn gezicht ronddraaien om elk
uitzicht te pakken, balanceren zal ik, een beetje duizelig, om
dan plaats te maken voor hem, duwend
tegen elkaar, want helemaal bovenin is slechts plaats voor een.
Bovendien heeft hij geen hoogtevrees. Hij
zal de haan zijn op de toren, de wind voelen en draaien terwijl
hij nog wat geel aanbrengt, tot aan beneden houd ik me vast.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x