In de nacht til ik mijn jongste uit dit geopende raam, ik
zie zijn verschoten te grote broek, het grijze
lievelingsshirt, het gezichtje nog zonder bril, de ogen zo
onbegrijpelijk groot, en leg hem op de rode
bank die dwars in ons waterhuis staat. Hij vertelt hoe er
afgesproken is te betalen voor elke keer dat
er ruzie is, zijn zusje knikt, spelend verderop, en ik gil
dat er helemaal geen ruzie hoeft te zijn en ik
hoor mezelf en dan verzint hij een verhaal om mij af te
leiden, zoals hij dat altijd deed, hij zegt
dat ze, en hij wacht even, hem in elkaar hebben geschopt,
maar zijn ongeschonden lijfje is dat van
een vredestichter en er is helemaal niets gebeurd dus trek
ik hem bovenop me en slaap en droom over niets.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x