De dichter zegt dat hij maanden gehoopt heeft dat iemand
het verband zou leggen tussen die ene bijna

terloopse zin en de afkorting daaronder terwijl een bezoeker
aan mijn huis expres de auto tegenover

het hoogste nummer drie straten verder zet zodat niemand
weet dat hij alweer langskwam. Beiden

verwachten teveel van de medemens maar de laatste is in
het nadeel tenzij hij morgen boven het dashboard

drie beertjes hangt in innige omstrengeling en iets doet aan
de schone achterbank waar het colbert nog

zacht op het leer gegleden het klerenhangertje daarboven heeft
verlaten. De dichter kan nog jaren wachten en

vergeet wellicht eens de connectie tussen de A met punt en
het ‘thuiskomen in zichzelf’.