Zwart is de grond waarop je ligt met hoopjes aarde
uitgespuugd rond je slapend lijf. Zo

moet je nooit tegen een kind zeggen dat een dood
iemand is gaan slapen. Een reis is

spannender maar waarom komt niemand terug, ach
de vragen zijn als vanouds. Had hij zijn

koffer mee, was het hier niet leuk genoeg, denk je
dat hij genoeg warme kleding bij zich

had? Blijft hij daar liggen, denk je, tot het gras weer
opkomt? Er was een doos waarin wij

brieven en tekeningen verzamelden en tranen veel,
die kon hij altijd nog halen. Wij

waren thuis en noemden het ‘schatkist’ en lichtten
het deksel elke dag.