‘Aankomend te paard’, een gedeelte van een zin of een reis
die zomaar in de nacht blijft hangen, iets
ridderlijks en wits, iets met een dikke pluimstaart of wordt die
nog net met een sabel afgehouwen, er zit iets
gruwelijks in het beeld in ieder geval, en hoe raak ik dat weer
kwijt, ik kan niet doen of het de Goedheiligman
is en reed nooit dat grote edele dier, ik schud mezelf er af en
loop verder terwijl ondertussen een christelijke
melodie me vergezelt, een koor van professoren dat aanheft of
zit de kantinejuffrouw daarbij, mijn meisje in een
zwartfluwelen jurk in Cambridge, kaarsen die flakkeren, een
held misschien die zoekgeraakt in het oude overzeese
land zomaar oversprong naar mijn nachtelijk verkeren, een spoor
achterlatend van verlangen naar vrede en gezelschap.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x