Mevrouw V. draagt opeens iets blauws. Het op elkaar afgestemde
en in elkaar overvloeiende lila (roze, zegt ze
nijdig) is opeens een enorme harde vlek geworden dat doet denken
aan een schaatstrui, een wedstrijdelement
waardoor ze zeker zal winnen op de korte baan, een vergeten attribuut
van achter uit de kast, het maakt haar gezicht
innig bleek en zomaar bozer ook. Ze lijkt ook wel sneller vandaag
en neemt haar eigen tijden op: om twee uur sliep ze
nog niet maar nu, vijf voor half drie, zat ze toch echt te dutten. Ook
gaat om de zoveel minuten iets in haar af, een
piepje dat als een startschot fungeert of een herinnering aan uren in
de keuken maar omdat niets de rest stoort of
zorgen baart, doe ook ik of ik niets hoor en gebaar ik met ruime hand
hoe W. uit het boek de vogels voert uit het open raam.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x