Vaker is de ruimte in de ochtend beperkt. Kinderen lijken her en
der te liggen, moeten aangekleed en schreeuwen

om eten. Alle fietsen in de steeg, broodtrommels in de rugzakken,
ze nazien tot ze om de hoek verdwenen zijn. Niet

en nooit vergeten te kussen, recht te trekken, mee te hollen tot
aan de hoek. Zo is er nu eerst een publicatie voor

derden, een mededeling op de sociale media, een mail die met
uitroeptekens te wachten staat en alles moet

binnen een bepaalde tijd, een vinger wijst, een vierde zucht en
alles dat voorheen alle prioriteit had,

noodgedwongen en vanzelfsprekend, namelijk dat vers dat vanuit
mijn binnenste als eerste gespuid moet worden,

bungelt nu halverwege. Een moeder die als grapje het achterwiel
van haar kind vasthoudt zodat het geërgerd achterom kijkt.