Hij begrijpt het niet, ik ga toch voor succes, waarom is
er dan geen beleidsplan, geen strategie, geen

marktonderzoek laat staan – waarde, geen publiekspeiling,
geen weloverwogen handelen, geen coach, geen

management en dat over al mijn onderdelen, waarom ook
luister ik niet naar hem. Hoe langer ik doe alsof,

hoe meer ik ervan overtuigd ben dat ik geen inmenging duld,
bovendien geloof ik niet echt: niet

die gouden toekomst noch die handeling, laat staan hem. Het
is als moeten lopen op de stoep en aan de zonzijde

terwijl ik glis over herfstbladen, hondenpoep en bedelaar en
huppeltjes maak die niet charmant maar toch

effectief zijn, alleen voor mezelf dan. Je krijgt een beetje
lucht als je zo omhoog stuitert en weer terug.