De ontluistering huist in het bovenste gedeelte waar onder
het dak de muur rozerood verloopt, een paar
portretjes scheef de glorie van weleer bevatten boven scheur
en vochtvlek, een schakelaar geen functie meer
heeft en kabels afgesneden als losse lichaamsdelen in een
duistere hoek hangen. Over het dakraam glijdt
een barst, een gordijn hangt nog vol stof, stoelen staan altijd
klaar boven op elkander maar het geluid van beneden
nodigt uit tot het snel verlaten van deze ruimte. Het feest is
twee verdiepingen lager, de warmte uit de jassen
dampt na, de glazen rinkelen, de schalen passen in gekromde
armen, gebogen wordt voor haar inhoud, handen
liggen op schouders, lippen krijgen nieuwe kleur, gegiechel
bij het aangeheven lied, iemand reikt tot de zoldering.
Atze van Wieren
26 september 2018 — 07:26
Geweldig goed. Contrast tussen vroeger en nu, schijn en werkelijkheid, of hoe ieder het voor zichzelf zal invullen. We vieren feest, maar ondertussen.
alja
26 september 2018 — 11:53
dank voor het lezen, Atze, zo is het!