Eenmaal te worden verstaan
op het scherp van de huid,
desnoods door het mes dat stuit
op het schaambeen van mijn bestaan.
Dan zou ik, die wond nog vers,
met jou verzoend zijn en goed.
Liefste, er zit al bloed
aan de lendeschort van dit vers.

Ad den Besten, uit: Paradisisch