Now I wish I could write you a melody so plain, That could hold you dear lady from going insane (Bob Dylan, Tombstone Blues)

de buit

Er ligt een steen op mijn hart, denk ik.
Nu is het gewoon zo dat ik – buiten

adem – de storm trotseer, maar het klinkt
zo mooi, het is dezelfde droefheid

die zij kent. Mijn fiets tegen haar stenen,
chocoladetaart in de bak voorop alsof

ik harder zou gaan dan en beloond zou
worden achteraf. Haar vestzak

herbergt een zakdoek, zij is voorbereid
op mijn kleverige vingers. Nu ik

weet, zegt zij, hoe je eruit ziet, kan ik je
terugvinden. Ik leg mijn hart

op tafel en kijk ernaar. De wind kleeft zich
aan haar zoetigheid. Zij zingt.

 

 

« »