Hij denkt nog vaak dat ze leven, onze
ouders. Hij rijdt ze nog naar
zijn kinderen of de mijne, hij leest samen
het autotijdschrift en bespreekt
een laatste ontwerp met onze vader, hij
doet een boodschap, mijn
mamma kletst. Ik zie ze nog vaak door
de tuin lopen, zomaar bukken bij
een verdwaalde bloem. Zij draagt een
scherp mesje in haar schortzak waarmee
ze de rabarber snijdt. Hij heeft de handen
op zijn rug en verliest
een discussie. Hoe gelukkig ze zijn, die
kinderen of hoe dichtbij.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x