Mijn mamma luistert aan mijn deuren, achter één
Slaap ik, ze ziet er uit als

Toen, jong, sterk, een zwart wit pied de poule pakje
Maar zonder het hoedje waarmee ze

Onder de tulpenboom gefotografeerd werd, geen
Broertje aan haar hand maar

Twee auto’s op het erf, boven elkaar gestapeld
Waarover ik heen moet klimmen alvorens

Ik in mijn kamer kom, mijn dochter heeft haar bruidsjurk
Aan, de gasten zijn al gearriveerd

Opeens gaan verschillende deuren open, waarachter
Hele gezelschappen zittend in bed

Met elkaar fluisteren, als ik wakker word, herinner
Ik me vooral mijn moeder

Een kind noteert ‘oma nu droom luistert aan mijn
Deur terwijl ik slaap’