Mijn schaduw in de ruit en die van een jongen in een geruite jas
die met een motor staat te wachten, een zwaai als
teken dat we bijna klaar zijn, omlopen door de steeg, nooit eerder
zat ik achterop, een fiets misschien maar niet
deze snelheid, niet vanaf dit huis, zelfs in dromen herken ik hem
niet, en of ik me vasthoud weet ik niet, eigenlijk
is het zwaaien het belangrijkste uit de nacht, dat wachten van hem,
dat komen van mij. Misschien omdat er
gebedeld was om een ontmoeting, ik zijn ruitjasje wilde dragen,
in mijn buik alvast het nerveuze van een gevaarlijke
tocht, het aanhoudend geronk van buiten door een huis en een droom
heen, en dan plotseling een windvlaag alsof
we al vaart maken terwijl het gewoon de balkondeur is die openstaat,
mijn haar opwaait terwijl het op het laken ligt.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x