Leugentjes om bestwil komen nauwelijks meer voor. Geen ‘ik reed
wel met hem mee maar ik wist niet dat hij langs A.
kwam’ (je weet toch dat ik niet van autorijden houd), geen ‘morgen
ben je beter’ (terwijl je net zei dat het over twee weken
afgelopen is), geen ‘maar ik heb hem niet aangeraakt’ (terwijl de
knopen van je vest scheef zitten) of het ‘maar morgen
dan’ met een uitroep van blijdschap en verwachting en flauwekul.
Nee, dan vandaag! Geen te laat komen omdat we overal
veel te vroeg zijn, bovendien blozen we nog. (‘Ik zat in de zon.’)
‘Deze jurk was in de uitverkoop en de taartjes waren
twee voor één prijs, een zacht prijsje dus’ en dan wat gegiechel dat
samen met die rode wangen en die scheve knopen
een optelsommetje is, of een aftelrijmpje, iets met een melodietje
waarvan je weet ‘ik kan niet dansen’ maar ‘toch?’ toevoegt.
Reacties door alja
vaak ongewild
dank Frank
het verkeerde perkje
bij alles dat W. vertelt, zegt hij 'maak daar maar ...
hoe lief tegelijkertijd
dank Leonore
de 2e column voor de site van Pom Wolff
Hij is er nog, speelt piano en leest! Dank voor ...
mijn veiligheid
ik houd in alle opzichten meer van het suggestieve, x